‘In Hindi bestaat geen woord voor planning’

Paul Stork (Fabrique) gelooft in langzame en weloverwogen groei in het buitenland. Maar er is geen weg terug. ‘Het prikkelt ondernemerschap en het is heel belangrijk om spannend te blijven voor ons eigen talent.’

‘Wij geloven niet in megalomaan ergens naar toe gaan en gewoon maar een kantoor te openen. We gooien er geen miljoenen tegenaan, maar proberen op basis van interessante projecten vanuit Nederland te groeien. Dan moet je zorgen dat je toonaangevende werk zichtbaar wordt,’ aan het woord is Paul Stork, partner bij digital designbureau Fabrique. De website die het bureau maakte voor het Rijksmuseum zorgde voor de internationale doorbraak. Door een nieuwe standaard in museumsites neer te zetten trok het designbureau de aandacht van het Design Museum in Londen en het Britse antiekhuis Mallett. De partners van Fabrique stuurden het lot een beetje door zelf te publiceren en spreken over de projecten en op die manier museumdesign te claimen. 

Bij Fabrique werken in Nederland in totaal 110 mensen. Stork merkt dat zij enthousiast worden van de buitenlandse projecten. ‘We leren er als bedrijf van. We worden uitgedaagd door nieuwe vragen en dat prikkelt ons ondernemerschap. We merken dat onze werknemers zitten te trappelen en dat enthousiasme is ook een belangrijke drijfveer. We kunnen goede mensen behouden en worden aantrekkelijk voor nieuw talent.’ Fabrique is behalve in Engeland ook actief in Frankrijk voor het online warenhuis 3Suisse.

India

Fabrique heeft officieel geen vestigingen buiten Nederland, maar wel ‘een voorpost’ in India. Samen met twee andere bureaus – Globrands en YellowDressRetail – met AgentschapNL een Partner in Business Convenant gesloten. Samen verkennen en ontginnen zij gestaag de Indiase markt. ‘Je hebt in India een lange adem nodig. Het is een spannend land met een snel groeiende middenklasse die behoefte heeft aan onderscheidende merken. Maar je moet niet te snel teleurgesteld raken. Het is heel normaal om niets te horen na een presentatie. In Hindi bestaat geen woord voor planning, dat is veelzeggend. Om dat soort verschillen te begrijpen is het belangrijk op te trekken met lokale partners, dus dat doen we ook.’ 

Smeken

Een leuke bijkomstigheid van de buitenlandse avonturen is dat je nog beter leert te waarderen hoe goed het in Nederland is geregeld. ‘Je hoeft de grens maar over te gaan en het is al anders. Wij hebben een keer meegedaan aan een aanbesteding in België. Daar wordt soms gewerkt met een soort aannemersysteem waarbij geld ingelegd moet worden door deelnemende partijen. Wij vroegen op wat voor manier we het geld terug zouden krijgen na de aanbesteding en kregen een heel lelijk antwoord. Dat we op onze knieën zouden moeten smeken of iets dergelijks. Toen hebben we ons terug getrokken, die relatie was al stuk voordat hij begon. Wij zijn gewend in een partnership te werken, zodat we klanten kunnen helpen het beter te doen.’  

Barrière

Die professionele structuur maakt dat Nederlandse designbureaus sowieso makkelijker breed kunnen denken. ‘We werken vanuit een lange designhistorie. Wij halen het niet uit de boeken, ons referentiekader is een goed ontworpen openbare ruimte en een overheid met een huisstijl. In het buitenland, zeker in India, wordt design vaak vanuit de reclamische hoek benaderd, als een buitenkantfenomeen. Hier zijn we gewend stappen verder te denken dan de kleuren voor de huisstijl. Niet even een nieuwe website, maar: hoe ga je zorgen dat ze er naar toekomen, welke transacties wil je doen?’ 

En waar liggen de kansen voor Fabrique? ‘We praten veel met opdrachtgevers en ik denk dat wij voorlopig nog veel stappen in Europa kunnen maken, in Duitsland en Frankrijk bijvoorbeeld. Landen waar we de taal spreken. Wij zouden niet zo snel in China of Turkije gaan zitten, daar is taal een te grote barrière.’ 

interactief_0.jpg