19.000 culturele activiteiten over de grens in 2019

15/12/2020/BvL
Wereldwijd vonden in 2019 meer dan 19.000 geregistreerde culturele activiteiten plaats van Nederlandse makers en organisaties in 212 landen en in 3.010 steden. Dat zijn 4.000 activiteiten meer dan in 2018, blijkt uit de voortgangsrapportage over het internationaal cultuurbeleid van het kabinet.

internationaalcultuurbeleid.png
Verdeling van culturele projecten over de wereld (Bron: Voortgang Internationaal Cultuurbeleid 2019)

In 2019 werden 19.227 culturele activiteiten van Nederlandse makers en organisaties in het buitenland geregistreerd, 4.000 meer dan een jaar eerder. Duitsland, de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk vormen de top drie van landen waar culturele projecten met Nederlandse betrokkenheid plaatsvonden. Dat blijkt uit de onlangs naar de Tweede Kamer gestuurde Voortgang Internationaal Cultuurbeleid 2019.

Vanuit het internationaal cultuurbeleid ontvingen 1.543 projecten financiële ondersteuning, in 68 landen, met een totaalbudget van 10,7 miljoen euro. Dat aantal is vrijwel gelijk gebleven ten opzichte van 2018 (1575), maar in vergelijking met 2017 met ruim 500 toegenomen. Uitgesplitst naar disciplines, is het grootste deel van het budget besteed aan podiumkunsten (21%), erfgoed (14%), design (12%) en beeldende kunst (10%). 

disciplines_icb.png
Budgetverdeling over de diciplines (Bron: Voortgang Internationaal Cultuurbeleid 2019)

Naast de financiële ondersteuning, zijn ambassades en consulaten, cultuurfondsen en ondersteunende instellingen bij veel culturele activiteiten in het buitenland betrokken als adviseur. Zij brengen door hun expertise partijen in Nederland en het buitenland bij elkaar.

Soft power

Het internationaal cultuurbeleid (ICB) is gezamenlijk beleid van de ministers van Buitenlandse Zaken (BZ), Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (BHOS) en van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW). Sinds 2017 wordt de rol van cultuur als soft power ter ondersteuning van diplomatieke betrekkingen door het kabinet erkend en onderstreept. 

Dat zal in de komende vier jaar niet anders zijn, zoals blijkt uit het Beleidskader Internationaal Cultuurbeleid 2021-2024. Daarin staat: ‘Door cultuur versterkt een land zijn vermogen om vrienden te maken en invloed uit te oefenen. In een wereld van toenemende internationale contacten en conflicten kan cultuur een positieve bijdrage aan beeldvorming en debat leveren.’

Naast het economische belang dat de culturele en creatieve sector vertegenwoordigt, draagt het internationaal cultuurbeleid ook bij aan het imago van Nederland in het buitenland. ‘We willen ons als een open en creatief land presenteren, als een land dat aantrekkelijk is om mee samen te werken. Dit imago is van belang voor andere sectoren – zoals toerisme – en versterkt onze internatio­nale relaties’, aldus het beleidskader. 

Vandaar de conclusie: ‘De betrokkenheid van de overheid bij internationaal cultuurbe­leid is, kortom, nodig: niet alleen vanwege de intrinsieke waarde van cultuur, maar ook vanwege het internationale karakter ervan, vanwege talentontwikkeling en het imago van Nederland als een creatief en open land.’

Doelen van het internationaal cultuurbeleid 

Voor de komende jaren is de doelstelling van het internationaal cultuurbeleid als volgt geformuleerd:

1. Een sterke positie van de Nederlandse culturele sector in het buitenland door zichtbaarheid, uitwisseling en duurzame samenwerking 
2. Het met Nederlandse cultuuruitingen ondersteunen van de bilaterale relaties met andere landen
3. We benutten de kracht van de culturele sector en creatieve industrie voor de Sustainable Development Goals (SDG’s).

Het internationaal cultuurbeleid zal de komende vier jaar met name gericht zijn op deze focuslanden: 
Binnen Europa: België/Vlaanderen, Duitsland, Frankrijk, Hongarije, Italië, Polen, Spanje en het Verenigd Koninkrijk; 
Aan de grenzen van Europa: Rusland, Turkije, Egypte en Marokko; 
Buiten Europa: Australië, Brazilië, China, India, Indonesië, Japan, Sri Lanka, Suriname, Verenigde Staten, Zuid- Afrika en Zuid-Korea. 

Jaarlijks is voor dit beleid een budget van in totaal 22,5 miljoen euro beschikbaar.