‘Kunst en creativiteit stimuleren de dialoog tussen oost en west’

Monique Knapen bevordert met The China Connector vanuit Amsterdam de contacten tussen de Nederlandse creatieve industrie en de Chinese markt. Daarmee is ze ook een van de aanjagers van het Creative Lab-programma van Creative Holland. ‘De Nederlandse creatieve sector kan zich veel beter profileren in China’, stelt zij.

Door Annemiek van Grondel

Wie China, Nederland en kunst en cultuur in één adem noemt, kan bijna niet om The China Connector heen. Het in 2017 opgerichte bureau van Monique Knapen en Jessy van de Klundert richt zich op culturele uitwisseling tussen ons land en die immens uitgestrekte, bijna anderhalf miljard inwoners tellende volksrepubliek. De diensten die het in Amsterdam gevestigde bureau aanbiedt lopen uiteen van pr- en communicatie tot business development, van het organiseren van kunstverdiepingsreizen voor jongeren tot toerismepromotie voor Nederlandse steden bij het Chinese publiek.

The China Connector brengt contacten tot stand tussen Nederlandse bedrijven in de kunst- en cultuursector en Chinese afnemers. Knapen gebruikt daarbij haar kennis van het Mandarijn en haar acht jaar ervaring met culturele uitwisseling als landenexpert bij DutchCulture. Sinds de zomer van 2019 is zij bovendien een van de aanjagers van het Creative Lab-programma van Creative Holland dat wordt opgezet in de prioriteitslanden VS, China en Duitsland. Regelmatig komen de vertegenwoordigers van de diverse posten in die landen bijeen voor overleg en sinds dit voorjaar stemt Knapen met hen af om de agenda te bepalen en activiteiten te plannen. Vanuit Nederland wil zij de krachten van de Nederlandse creatieve sector in de drie landen bundelen en ervoor zorgen dat de culturele verschillen verminderen.

monique_knapen.jpg
Monique Knapen: 'Als je niets doet, verandert er sowieso niets' (fotografie: Evert Wissing)

China girl

Haar liefde voor China ontstond in de jaren tachtig, tijdens een studie maatschappijgeschiedenis aan de Erasmus Universiteit. ‘Die studie koos ik vanuit de fascinatie voor veranderende samenlevingen’, vertelt Knapen, wier thesis de westerse beeldvorming over China als thema had. ‘Ik wilde eerst Japans studeren, maar kwam erachter dat die taal grotendeels gebaseerd is op het Chinees. China is in veel opzichten de bakermat. Daarop besloot ik Chinees te leren en de geschiedenis en politicologie van dat land te gaan bestuderen.’ 

Knapen bemachtigde een beurs voor een jaaruitwisseling met Beijing University. Alleen vond uitgerekend in die tijd, juni 1989, de grote studentenopstand plaats tegen overheidscorruptie. ‘Die duurde een week of twee’, zegt ze, ‘net genoeg voor het ministerie om te besluiten dat er dat jaar geen studentenuitwisseling zou komen.’ 

In 1990 vertrok ze alsnog. Knapen: ‘Ik zei nog tegen OCW dat daar in feite niets was veranderd. Maar zo is politiek nu eenmaal. Ik vind: als je helemaal niets doet, verandert er sowieso niets. Kunst en creativiteit zijn een mooi middel tot dialoog tussen oost en west.’

Knapens eerste baan was bij de lokale radio, als productiemanager voor een programma gesponsord door Nescafé. Na de omwenteling van 1989 zette de liberalisering in, waardoor Chinese bedrijven, en ook radiostations, te maken kregen met advertising. ‘Het was een geweldige tijd, waarin we konden pionieren met voor Chinezen totaal nieuwe westerse muziek, van Michael Jackson tot George Michael’, vertelt ze enthousiast. ‘Ik reisde tussen vijf steden in de republiek om die muziek te draaien, aan elkaar gepraat door een Chinese presentator. Daarbij deed ik de “lucky draw” tijdens een wedstrijd, met als prijs Nescafé-koffie en thermosbekers met het logo, en mocht de namen van de winnaars voorlezen in, tot ieders hilariteit, mijn Nederlandse tongval. Vervolgens dronken die winnaars stoïcijns hun vertrouwde Chinese thee uit een moderne Nescafé-mok.’

xsaga_sculpture_park.png
The China Connector begeleidde het Amsterdamse bureau Xsaga bij realisatie van een beeldentuin in China

Kunst en commercie

Knapen ziet veel mogelijkheden tot samenwerking met Chinese opdrachtgevers voor de creatieve industrie. Maar voor Nederlandse ondernemers die op eigen houtje de markt van de economische grootmacht willen onderzoeken, is het lastig om de juiste mensen te vinden en culturele barrières te slechten, weet ze: ‘Dat kan frustrerend zijn. Je bent soms afhankelijk van mensen die een andere kijk op kunst en cultuur hebben. Een voorbeeld? De gemiddelde museumdirecteur, zeker van een groot museum, is tevens partijsecretaris en heeft dus een politiek gekleurde, afhankelijke perceptie. China heeft een andere historische relatie met musea. De rol van musea in het westen verschuift geleidelijk: van specialistisch via educatief naar experience. Over het algemeen geldt: hoe laagdrempeliger hoe beter. Dat laatste proces is in China met drie stappen versneld. Door een toename aan private musea zijn kunst en commercie daar veel meer verbonden. Nu zie je in China musea in grote winkelcentra. Neem K11, een shopping mall die in de kelder een museum herbergt, met als doel via kunst mensen aan het winkelen te krijgen.’ 

Vraag naar design

Vanuit The China Connector is er samenwerking met de Chinese Goldreed Industrial Design Award (GIDA), een internationale designprijs die onze ambassade in Beijing vroeg Nederlandse ontwerpers te interesseren, vertelt Knapen. ‘Die vraag werd vervolgens doorgespeeld aan Creative Holland en zo naar ons. Inmiddels zijn er dertig Nederlandse inzendingen. Daarna kijk ik of er ook matchmaking-projecten mogelijk zijn en of er meer business te genereren is.’

Design is niet meer het unique selling point van Nederland. Shenzhen (in de provincie Guangdong) is een ware designstad geworden en er zijn serieuze ontwerpopleidingen. Inmiddels kan men ook in China hoogontwikkelde technologie combineren met conceptontwikkeling. Daarom moet Nederland zien dat het zijn internationale koppositie op het gebied van creativiteit die het (maatschappelijke) verschil maakt vasthoudt en versterkt. 

Knapen ziet het positief in; ze is niet bang dat Nederland wordt voorbijgestreefd. ‘Tot nu toe dachten we hier: wij hebben de brains en houden de conceptuele supervisie’, zegt ze. ‘Maar het werkt twee kanten op. We profiteren van elkaar. Soms zijn er wel lastige restricties in het zakendoen. In China is veel overheidsbemoeienis. Sommige bedrijven zijn wellicht te goeder trouw ingegaan op verzoeken rondom kennisoverdracht. Anderzijds is China ook in ontwikkeling. Vroeger vonden we het prima dat het land goedkope spullen produceerde, maar nu eist het een andere rol op. En wat moeten wij dan: concurreren met een wereldmacht die andere spelregels heeft? 

‘De tijd van het louter kopiëren is in China is aan het verdwijnen. Ook daar zoekt men naar verduurzaming en naar producten die aan de hele wereld verkocht kunnen worden. In een globale wereld hebben we elkaar nodig. Dankzij hun innovaties en creativiteit kunnen Nederlandse ontwerpers de strijd aan én samenwerken met China. Natuurlijk moet je niet naïef zijn, je intellectueel eigendom beschermen en vooral goede afspraken maken die voor beide partijen interessant zijn. 

‘Het duurt soms lang voordat je tot een contract komt en niet iedereen wil of kan die tijd investeren. Onlangs sprak ik een meubelontwerper die zich graag op de voor designers interessante Chinese markt wil begeven. Wij kunnen er dan voor zorgen dat hij bij de juiste beurzen exposeert en met de juiste mensen in contact komt. Ook willen we in samenwerking met Dutch Design Week een digitaal platform met portfolio’s van Nederlandse ontwerpers lanceren, vergezeld van Chinese teksten.’

cantonfair.jpg
Creative Holland China organiseerde een eerste netwerk-event voor Nederlandse ontwerpers over deelname aan de Canton Fair 

Struikelblokken voor creatieven

Desgevraagd somt Knapen wat valkuilen in de samenwerking met China op, voornamelijk van praktische aard. Zo is de Chinese financiële markt streng gereguleerd. Het officiële betaalmiddel is de yuan, een Chinese aanduiding voor de munteenheid behorende bij de Renminbi, de officiële valuta van de Volksrepubliek China. Renminbi betekent ‘geld van het volk’. 

Knapen: ‘Omdat de overheid toezicht wil houden op het geldverkeer kan iets overmaken of gestort krijgen op je bankrekening heel lang duren. En soms wordt er betaald met cash, wat lastig kan zijn. Stel, je geeft een lezing in China en wordt geacht het vliegticket zelf voor te schieten. Na afloop overhandigt de organisatie je de reiskosten in de vorm van een tas bankbiljetten.’

De honorering voor een opdracht kan een andere hindernis zijn, merkt ze op. ‘Vorige week vertelde een productontwerper dat het arbeidsloon in China aanmerkelijk lager is: het uurloon bedraagt een derde tot de helft minder dan in Nederland. Voor een Chinees bedrijf is het contracteren van een Nederlandse creatief ook een risico: dat heeft moeite met ons hogere uurtarief en wil daartegenover meer controle over het product of de dienst. Ook werkt men liever met fixed fees dan uurlonen en zijn pitches doorgaans onbetaald. Het Tilburgse designduo LUCAS & LUCAS ontwerpt veel voor het Japans-Chinese merk MINISO, dat ook in Europa voet aan de grond wil krijgen. Dat betaalt pas als besloten is een ontwerp ook daadwerkelijk in productie te nemen. Het helpt in zo’n geval als Creative Holland, in samenwerking met het consulaat, weet te bemiddelen.’

Een schone taak

Ondanks dit soort praktische is Knapen van mening dat de Nederlandse creativiteit beter geëtaleerd dient te worden in het voor haar zo belangrijke Aziatische land. Gespeeld verontwaardigd: ‘Als je de gemiddelde Chinees vraagt: heb je iets met Dutch Design, krijg je, afgezien van de mensen die in de designsector opereren, een glazige blik. Terwijl de meeste Chinezen denkend aan Italiaans design onmiddellijk namen als Armani en Ferrari oplepelen. Dat kan toch beter! Ik zie daar voor ons een schone taak. En ik denk dat er voor Nederlandse ontwerpers, goed zaken te doen is met Chinese opdrachtgevers. Dat geldt ook voor andere creatieve takken van sport. Ik hecht aan meer begrip kweken voor de Chinese cultuur in Nederland en aan uitwisseling met dat land. Laten we zoeken naar samenwerking en proberen van elkaar te leren. Want wij hebben elkaar nodig.’ 

chinaconnector.nl